Dit keer geen stukje over mijn al dan niet verre
voorvaderen maar over een ijzige jeugdherinnering.
Vijf
van vijf cent is meer dan een van een kwartje.
De wintertijd is ingegaan. De zomer is verleden tijd. Op
deze wat sombere herfstdag gaan mijn gedachten gaan terug naar mijn jeugdjaren
omstreeks 1950. Een tijd dat de zomers altijd mooi waren. Althans in mijn
herinnering. En als het warm is verlang je ook als kind naar enige verkoeling.
Vooral plaatselijke inwendige verkoeling in de vorm van een ijsje.
In mijn geboortedorp Sijbekarspel was geen ijsjeszaak.
Als het meezat kwam er op een mooie zondag een ijsboer door het dorp die met
luid belgeklingel zijn komst al van verre aankondigde. Met als gevolg onrust in
de gezinnen met kinderen want welk kind heeft op zo’n dag géén trek in een
ijsje.
Meestal kreeg ik van mijn moeder een stuiver of soms een
dubbeltje in mijn handen gedrukt voor een ijsje. De ijsboer verkocht ook wafels
met wel drie bolletjes ijs en een grote dot slagroom ertussen maar die kostten
een kwartje en dat zat er thuis niet in.
Daar kon ik alleen ’s nachts van dromen. Maar soms worden
dromen werkelijkheid. Op een mooie zomerdag kwam mijn opa bij mijn ouders op
bezoek. Ik was aan het spelen met mijn vriendinnetje. (Ja, ik was er al vroeg
bij, daarom ben waarschijnlijk laat getrouwd).
Opa was in een gulle bui en mijn vriendinnetje en ik kregen
ieder een kwartje in onze handen gedrukt om een ijsje te kopen. Want al was er
geen ijsjeszaak in ons dorp, in het nabijgelegen Opmeer was er wel één. Nu, dat
stuk lopen hadden we er graag voor over.
Onderweg kregen we een geweldig idee. Als we nu eens geen
wafel van een kwartje met 3 bolletjes kochten maar vijf ijsjes van 5 cent. Dan kreeg
je vijf bolletjes ijs èn vijf hoorntjes. We liepen dan wel de slagroom mis maar
daar stonden twee extra bolletjes ijs tegenover. Was het verbeelding dat de
vrouw achter het loket wat vreemd keek toen we voor de vijfde keer wéér een
ijsje van vijf cent kwamen halen?
Of we er daarna nog buikpijn van hebben gekregen weet ik
niet meer. Maar die vijf ijsjes, met iedere keer een lekker knapperig hoorntje,
die ben ik niet vergeten.
O ja, met dat vriendinnetje is het later niets geworden
hoor, zij was katholiek en ik was eh, ‘niets’ zoals dat in die tijd gezegd
werd.